Quick Fix 2: Vervoerstoerekening bij ketentransacties
Achtergrond
Een ketentransactie bestaat uit meerdere opeenvolgende goederenleveringen (bijvoorbeeld: partij A levert goederen aan partij B, die op haar beurt de goederen doorverkoopt aan partij C). Om logistieke redenen worden de goederen vaak direct vanuit het magazijn van de eerste leverancier (partij A) vervoerd naar de laatste afnemer (partij C). In de situatie dat sprake is van een grensoverschrijdend transport tussen verschillende EU-lidstaten, kan het grensoverschrijdende vervoer van de goederen slechts aan één van de leveringen in de keten worden toegerekend. Alleen die ene levering van goederen komt namelijk in aanmerking voor de toepassing van het btw-nultarief voor intracommunautaire goederenleveringen.
In de huidige btw-regelgeving zijn geen regels opgenomen voor het toerekenen van het vervoer in dergelijke situaties. In zijn rechtspraak heeft het Europese Hof van Justitie wel enige houvast geboden, maar door het ontbreken van concrete regelgeving bestaat er voor ondernemers nog altijd veel onduidelijkheid op dit punt. Bovendien kan de verschillende aanpak van de lidstaten met betrekking tot deze ketentransacties leiden tot dubbele heffing of helemaal geen btw-heffing.
Benieuwd naar de andere drie Quick Fixes?
Quick Fix 1: De vereenvoudigde btw-behandeling van call-off stock
Quick Fix 3: Bewijs van intracommunautair vervoer van goederen
Nieuwe regelgeving: Quick Fix voor vervoerstoerekening
De tweede Quick Fix voorziet in een uniforme, vereenvoudigde regeling voor de toerekening van het vervoer bij intracommunautaire ketentransacties. Vanaf 1 januari 2020 bepaalt de nieuwe regeling dat wanneer de tussenpersoon (partij B) het intracommunautaire vervoer van de goederen zelf regelt, het vervoer van de goederen moet worden toegerekend aan de eerste levering (d.w.z. de verkoop door partij A aan partij B). Het btw-nultarief voor intracommunautaire goederenleveringen dient in dat geval alleen op deze eerste levering worden toegepast. De tweede levering (d.w.z. de levering door partij B aan partij C) wordt beschouwd als een binnenlandse levering in de lidstaat van aankomst van de goederen.
De Quick Fix werkt anders uit indien partij B aan partij A haar btw-identificatienummer van de lidstaat van verzending van de goederen verstrekt. In dat geval moet het intracommunautaire vervoer worden toegerekend aan de tweede levering, namelijk de verkoop door partij B aan partij C. De eerste levering door partij A is dan een binnenlandse levering die plaatsvindt in de lidstaat van verzending.
Let op: De tweede Quick Fix is enkel van toepassing wanneer de tussenpersoon (partij B, niet zijnde de eerste leverancier in de keten) de goederen zelf vervoert, of dit voor zijn rekening laat doen door een derde (zoals een logistieke dienstverlener). Dit betekent dat de vereenvoudiging niet van toepassing is in de situatie dat partij A of de eindafnemer (partij C) het vervoer van de goederen regelt.
Hoe kunt u zich voorbereiden op deze Quick Fix?
De Quick Fix voor vervoerstoerekening biedt ondernemers de mogelijkheid om hun intracommunautaire ketentransacties zodanig vorm te geven dat de vervoerstoerekening eenvoudig kan worden vastgesteld. Dit bevordert de rechtszekerheid voor de betrokken partijen.
Wij adviseren ondernemers om de toekomstige btw-behandeling van hun intracommunautaire ketentransacties op voorhand vast te stellen. In dit verband is het raadzaam om te kijken of de Quick Fix kan leiden tot een vereenvoudigde btw-behandeling van de ketentransacties. Mogelijk kunnen huidige btw-registraties en -aangifteverplichtingen in andere lidstaten worden voorkomen.
Hoewel de Quick Fix voortvloeit uit Europese regelgeving, kunnen er op nationaal niveau verschillen ontstaan in de wijze waarop afzonderlijke EU-lidstaten de maatregel implementeren. Afhankelijk van de belangen adviseren wij dan ook om professioneel advies in te winnen. Advies nodig van een van de specialisten van VAT & Customs Advisory bij Baker Tilly? Neem dan contact op met Marisa Hut of Jayant Rakhan.
Dit bericht is meer dan zes maanden geleden gepubliceerd. Omdat wet- en regelgeving continu in beweging is, raden wij u aan met uw Baker Tilly adviseur te bespreken of de informatie in dit bericht actueel is en gevolgen heeft (of mogelijkheden biedt) voor uw situatie. Uw adviseur praat u graag bij over de laatste stand van zaken.
Andere inzichten
-
29 oktober 2024
Vergoeding nutsvoorzieningen en servicekosten bij verhuur: btw-behandeling wijzigt per 1 januari 2025
-
16 augustus 2024
Btw en detachering personeel in publieke sector: besluit geactualiseerd
-
26 september 2024
Ontbossingsverordening EUDR: strenge regels importeurs, marktdeelnemers en handelaren