Btw-behandeling inzake het inzamelen van afval door gemeenten
Standpunt van de staatssecretaris
De staatssecretaris maakt in zijn standpunt onderscheid tussen de vergoeding die gemeenten ontvangen voor (gescheiden inzameling, sortering, rapportering en verwerking van) het reguliere afval en de vergoeding die wordt ontvangen voor de inzameling van zwerfafval.
Ter zake van de vergoeding welke gemeenten ontvangen voor (het scheiden, monitoren en rapporteren van) het reguliere afval is de staatssecretaris van mening dat de gemeenten een met btw belaste dienst verrichten. Hoewel gemeenten de wettelijke verplichting hebben huishoudelijk afval in te zamelen, hebben de gemeenten echter niet de verplichting om afval gescheiden in te zamelen, te registreren, etc. Deze verplichting ligt volgens de staatssecretaris bij de verpakkingsindustrie.
Met betrekking tot het inzamelen van zwerfafval komt de staatssecretaris tot de conclusie dat gemeenten deze werkzaamheden wel uitvoeren als overheid. Gemeenten zijn derhalve géén btw verschuldigd over de werkzaamheden in het kader van de aanpak van het zwerfafval. Aangezien dit standpunt in lijn ligt met de handelwijze in de praktijk zullen wij hier niet nader op ingaan.
Gevolgen voor de praktijk
De (fiscale) gevolgen van bovenstaande kunnen als volgt worden weergegeven:
De staatssecretaris heeft aangegeven dat het standpunt ook geldt voor het verleden (i.e. het standpunt heeft terugwerkende kracht). Dat houdt in dat gemeenten welke tot op heden de btw op kosten met betrekking tot (het scheiden, monitoren en rapporteren van) het reguliere afval hebben gecompenseerd via het Wet BCF, onjuist hebben gehandeld. Deze handelwijze zullen gemeenten moeten herzien. Volledigheidshalve merken wij op dat voornoemde op basis van het vertrouwensbeginsel kan afwijken voor gemeenten die hun handelwijze in het verleden met de Belastingdienst hebben afgestemd;
Vanwege de btw-belaste dienstverlening kunnen gemeenten de btw op kosten toerekenbaar aan (het scheiden, monitoren en rapporteren van) het reguliere afval via de reguliere btw-aangifte in aftrek brengen. Gemeenten dienen echter wel facturen met btw uit te reiken aan Stichting Afvalfonds en de (op de facturen in rekening gebrachte) btw te verantwoorden in de btw-aangifte;
Vanwege de sfeerovergang van de door de gemeente behaalde opbrengsten (van btw-onbelast naar btw-belast) kan dit gevolgen hebben voor het door de gemeente gehanteerde mengpercentage;
De staatssecretaris ziet géén mogelijkheid om belastingrente in onderhavige situatie achterwege te laten. Het gevolg is dat gemeenten belastingrente zijn verschuldigd over de nagefactureerde btw;
Vanwege de bijzondere omstandigheden zal de Belastingdienst niet overgaan tot het opleggen van verzuimboeten voor de te weinig betaalde btw uit het verleden;
Door de wijziging van een Europese richtlijn wordt het scheiden van afval een wettelijke van de gemeente. Wanneer de wijziging wordt doorgevoerd in nationale wetgeving is het standpunt van de staatssecretaris voor de toekomst niet meer relevant. De gemeente handelt bij het ophalen en scheiden van het regulierafval als overheid en heeft wederom recht op compensatie van de btw.
Slot
Vanzelfsprekend zijn onze adviseurs graag bereid om samen met u de mogelijkheden voor uw gemeente te bekijken en u te begeleiden bij eventuele vervolgacties.
Dit bericht is meer dan zes maanden geleden gepubliceerd. Omdat wet- en regelgeving continu in beweging is, raden wij u aan met uw Baker Tilly adviseur te bespreken of de informatie in dit bericht actueel is en gevolgen heeft (of mogelijkheden biedt) voor uw situatie. Uw adviseur praat u graag bij over de laatste stand van zaken.